AMvB Dierwaardige Veehouderij

Reactie

Naam M.W. Meulbroek
Plaats Wolphaartsdijk
Datum 30 juli 2025

Vraag1

- Heeft u algemene op- of aanmerkingen bij het voorgestelde Besluit?
- Heeft u diersoortspecifieke op- of aanmerkingen bij het voorgestelde Besluit (kippen, melkvee, kalveren of varkens)?
Hoewel het Convenant Dierwaardige Veehouderij gepresenteerd wordt als een mijlpaal op weg naar een diervriendelijker landbouwsysteem, schiet het op fundamentele punten tekort. De kern van het bezwaar betreft het ontbreken van juridisch afdwingbare verplichtingen en het feit dat het convenant hoofdzakelijk bestaat uit vrijblijvende intenties die pas op de lange termijn zouden moeten resulteren in verbeteringen voor het dierenwelzijn. Dit maakt het convenant kwetsbaar voor vertraging, afzwakking en zelfs volledige stilstand wanneer economische belangen zwaarder wegen dan ethische.

De voorgestelde maatregelen, zoals het stoppen met het couperen van staarten bij varkens, het stimuleren van vrijloopkraamhokken of het verbeteren van stalomgevingen, zijn op zichzelf waardevol. Echter, zonder concrete deadlines, handhaving en wettelijke verankering blijven het beloftes zonder garanties. In plaats van de veehouderij aan te passen aan de behoeften van het dier, blijft het dier aangepast aan het systeem. Dit is strijdig met de breed gedragen maatschappelijke wens: uit diverse peilingen blijkt dat ruim 85% van de Nederlanders verlangt naar een fundamentele hervorming van de veehouderij richting een dierwaardige aanpak.

Het convenant biedt bovendien onvoldoende bescherming voor de meest kwetsbare dieren in het systeem. Voor kalveren is er slechts een intentieverklaring, en voor andere diergroepen ontbreekt zelfs dat. Door het ontbreken van duidelijke en bindende kaders blijven miljoenen dieren afhankelijk van de bereidwilligheid van marktpartijen, waarbij winstmaximalisatie helaas vaak de doorslaggevende factor is.

Kortom, het convenant legt de lat te laag, biedt onvoldoende zekerheid voor structurele verbetering en miskent de urgentie die het dierenwelzijn vraagt. In plaats van een stapsgewijze transitie richting een dierwaardige veehouderij, dreigt het convenant een afleidingsmanoeuvre te worden die fundamentele hervormingen nog jaren vooruit schuift.