AMvB Dierwaardige Veehouderij

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Amsterdam
Datum 31 juli 2025

Vraag1

- Heeft u algemene op- of aanmerkingen bij het voorgestelde Besluit?
- Heeft u diersoortspecifieke op- of aanmerkingen bij het voorgestelde Besluit (kippen, melkvee, kalveren of varkens)?
Zienswijze m.b.t. het conceptbesluit dierwaardige veehouderij

Graag vraag ik met klem uw aandacht voor onderstaande reactie. De volledige juridische en inhoudelijke onderbouwing is bijgevoegd als bijlage bij deze zienswijze.

Het conceptbesluit verhoudt zich op meerdere punten niet tot de Wet dieren, noch tot het hoger geldend Europees recht, en is daarmee juridisch onhoudbaar.

Niet in lijn met Europees recht
De AMvB schendt o.a. artikel 3 van Verordening (EG) 1099/2009, dat stelt dat dieren gevrijwaard moeten blijven van vermijdbare pijn, spanning en lijden. Die norm geldt ook voorafgaand aan het doden, dus in de huisvesting. Het voorstel laat echter schadelijke praktijken toe zoals kraamkooien, eenzame hokken, slechte luchtkwaliteit, en geen verplichte uitloop. Dat is niet in lijn met deze minimumeisen.

In strijd met nationale wet en wetgever
De Wet dieren (herzien 2022) bevat bindende normen voor dierwaardige veehouderij, waaronder ruimte voor natuurlijk gedrag, keuzevrijheid, geen kooihuisvesting en gezonde bodems. Het voorstel ondermijnt deze normatieve uitgangspunten, terwijl de minister erkend heeft dat dierwaardigheid wél deze elementen vereist.

Schending van de zorgplicht
De AMvB schendt artikelen 1.3, 2.1 en 2.2 van de Wet dieren. Het laat praktijken toe die aantoonbaar onnodig lijden veroorzaken. De keuze om bestaande systemen te behouden waar betere alternatieven bestaan, is bovendien onevenredig en daarmee in strijd met artikel 3:4 lid 2 Awb (evenredigheidsbeginsel).

Misbruik van delegatiegrondslag
De AMvB vindt haar grondslag in de Wet dieren, maar wijkt inhoudelijk af van de wettelijke normen voor “goede omgeving”, “goede gezondheid” en “natuurlijk gedrag”. Daarmee handelt de regeling buiten haar bevoegdheidsgrondslag.

Conclusie: Het besluit is op meerdere gronden onverenigbaar met wet- en regelgeving. Ik verzoek u het voorstel in deze vorm niet vast te stellen, en te herzien op basis van het juridisch kader zoals omschreven in de bijlage.

Met vriendelijke groet,
Nicole

Bijlage

  • Bijlage