AMvB Dierwaardige Veehouderij
Reactie
Naam | Dhr. H. Lasschuit |
---|---|
Plaats | Maastricht |
Datum | 28 juli 2025 |
Vraag1
- Heeft u algemene op- of aanmerkingen bij het voorgestelde Besluit?- Heeft u diersoortspecifieke op- of aanmerkingen bij het voorgestelde Besluit (kippen, melkvee, kalveren of varkens)?
2040 ligt veel te ver in de toekomst. Moet naar 2027
Het kunnen vertonen van natuurlijk gedrag, zijnde een essentieel onderdeel van dierwaardigheid wordt niet gegarandeerd
De zes leidende principes zoals verwoord door de Raad voor Dierenaangelegenheden worden niet gevolgd
Er wordt niet voldaan aan de gedragsbehoeften van varkens, melkvee, kalveren en pluimvee.
Kalveren moeten bij de koe kunnen en groepshuisvesting van kalveren moet veel eerder dan na 14 dagen gerealiseerd worden.
Buitenuitloop wordt niet verplicht gesteld net zo min als weidegang voor koeien.
De in de AMvB gestelde norm voor de bezetting van stallen is nog veel te hoog.
De verplichting tot het bouwen van vrijloopstallen ontbreekt.
Ook voor pluimvee moeten daglichtstallen verplicht gesteld worden.
De gestelde normen moeten SMART geformuleerd worden. Er wordt teveel gebruik gemaakt van doelvoorschriften en open normen. Concrete ingangsdata zijn voor veel maatregelen nog niet vastgesteld.
Teveel wordt overgelaten aan zelfregulering. De Gidsen voor Goede Praktijen waarnaar verwezen wordt, bestaan nog niet, zijn niet verplicht en hoeven niet gevolgd te worden.
Er wordt geen aandacht besteed aan transport, slacht en fokkerij.
Samenvattend voldoet de AMvB niet aan de opdracht die voortvloeit uit artikel 2.3a van de Wet dieren zijnde het bewerkstelligen van een dierwaardige veehouderij volgende de leidende principes van de RDA