AMvB Dierwaardige Veehouderij
Reactie
Naam | R Jonker |
---|---|
Plaats | Assendelft |
Datum | 24 juli 2025 |
Vraag1
- Heeft u algemene op- of aanmerkingen bij het voorgestelde Besluit?- Heeft u diersoortspecifieke op- of aanmerkingen bij het voorgestelde Besluit (kippen, melkvee, kalveren of varkens)?
Via deze weg wil ik mijn ernstige zorgen uiten over de voorgenomen wijzigingen in de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) op grond van de Wet dieren. De voorgestelde aanpassingen betekenen een duidelijke achteruitgang voor het dierenwelzijn en staan op gespannen voet met het wettelijk verankerde principe van dierwaardigheid.
De Wet dieren erkent dat dieren een intrinsieke waarde hebben en recht hebben op een dierwaardige behandeling. De wijziging ondermijnt dit uitgangspunt door uitzonderingen op het verbod om dieren structureel te beperken, te formaliseren en zelfs permanent mogelijk te maken. Daarmee wordt het normatieve karakter van de wet uitgehold. In plaats van een stapsgewijze verbetering dreigt bevestiging van praktijken die al jaren ter discussie staan.
De wijziging maakt langdurige beperkingen van natuurlijk gedrag mogelijk. Zulke praktijken, zoals het permanent op stal houden van dieren of het onthouden van verrijking, zijn aantoonbaar schadelijk voor hun welzijn en horen niet thuis in een juridisch kader dat bescherming zou moeten bieden. Hun legalisatie staat haaks op het doel van de wet.
Daarbij worden wetenschappelijke inzichten genegeerd. Er bestaat brede consensus dat dieren stress, pijn en frustratie ervaren bij het inperken van natuurlijk gedrag en bij ingrepen zonder verdoving. Organisaties zoals de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA), de Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA) en tal van academische instellingen benadrukken de noodzaak van betere huisvesting, het uitbannen van pijnlijke ingrepen en aandacht voor het emotionele welzijn van dieren. De voorgestelde AMvB wijkt hiervan af, zonder overtuigende onderbouwing.
Ook worden maatschappelijke verwachtingen en beleidsdoelen ondergraven. De samenleving verwacht betere wetgeving voor dieren, in lijn met doelen rond duurzame en verantwoorde landbouw. De AMvB biedt daarentegen ruimte voor behoud van achterhaalde praktijken. Dit schaadt het vertrouwen en remt de transitie naar een diervriendelijker systeem.
Ik verzoek u met klem de wijziging niet in deze vorm vast te stellen. Bouw dieronvriendelijke praktijken planmatig af, veranker minimumnormen op basis van dierwaardigheid, en stimuleer echte omschakeling. Laat de AMvB bijdragen aan ambitieus dierenwelzijnsbeleid, niet aan stilstand.