Afschermen op verzoek

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Amsterdam
Datum 22 februari 2022

Vraag1

Hoe beoordeelt u de voorgestelde regeling voor afscherming op verzoek van bezoekadressen van ondernemingen en rechtspersonen in het Handelsregister?
De voorgestelde regeling is niet toereikend. Afscherming als er een dreiging wordt verwacht heeft weinig zin. Voorkomen is beter dan genezen! Uitgangspunt zou moeten zijn dat een bezoekadres, dat ook een privéadres kan zijn, wordt afgeschermd, tenzij de ingeschrevene zelf vraagt om openbaarheid. Er zijn anno 2022 genoeg digitale mogelijkheden om contact te leggen met een bedrijf, dus standaardpublicatie van een bezoekadres dient geen redelijk belang.

Deurwaarders, notarissen, advocaten, etc. hebben al een bijzondere machtiging waarmee zij privéadressen kunnen inzien. Die machtiging zou desnoods kunnen worden uitgebreid tot bezoekadressen, mocht het toch wenselijk zijn om deze te publiceren. Zo kan een dagvaarding etc. nog steeds eenvoudig worden betekend.

Overigens is de publicatie van bezoekadressen een papieren werkelijkheid: met name bij eenmanszaken en personenvennootschappen is het zo dat er alleen een inschrijving bij de KvK plaatsvindt - zonder dat een wettelijke bepaling dat verplicht! - omdat de Belastingdienst anders weigert een RSIN-nummer (fiscaal nummer voor BTW-aangifte) te verstrekken. Dergelijke kleine 'ondernemers' voor de Omzetbelasting (BTW) registeren zich met andere woorden uitsluitend bij de KvK omdat de Belastingdienst daartoe dwingt, en zij hebben helemaal geen onderneming met een bezoekadres.

Een andere mogelijkheid is dat bezoekadressen die volgens het geldende bestemmingsplan een woon-bestemming hebben, automatisch worden afgeschermd. Daarvoor is dan wel een koppeling vereist tussen verschillende systemen die ongetwijfeld erg duur is om te maken.

Tot slot: de openbare publicatie van bezoekadressen leidt ertoe dat 99,9 % van de burgers met goede bedoelingen kan worden gestraft (door de mogelijkheid dat ongewenst bezoek voor de deur staat) voor het kwade handelen van de 0,1% burgers met kwade bedoelingen. Het is, met andere woorden, veel gunstiger als openbare publicatie achterwege blijft dan dat openbare publicatie plaatsvindt. Bij het opstellen van wetgeving moet daarmee rekening worden gehouden.