Wet verlaging bezoldigingsmaximum WNT

Op 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) in werking getreden. Hiermee worden de bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector genormeerd. Met voorliggend wetsvoorstel wordt deze bezoldigingsnorm teruggebracht van 130% naar 100% van het niveau van een minister.

Consultatie gegevens

Publicatiedatum 02-12-2013
Einddatum consultatie 15-01-2014
Status Gesloten
Type consultatie Wet
Organisatie Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Onderwerpen Organisatie en beleid

Publicatie reacties

Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn.

Doel van de regeling

Met dit wetsvoorstel wordt de norm voor de bezoldiging van topfunctionarissen teruggebracht van 130% naar 100% van het niveau van een minister. Door de minister als ijkpunt voor inkomens aan te merken, wordt een maatschappelijk aanvaardbare beloningsstructuur in de publieke en semipublieke sector nagestreefd.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt

Topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector.

Verwachte effecten van de regeling

a) Er kunnen nog steeds voldoende gekwalificeerde en deskundige topfunctionarissen gevonden en behouden worden.
b) Doordat er nog voldoende mogelijkheden tot een adequate bezoldiging bestaan en er in de publieke en semipublieke sector naast de bezoldiging ook andere onderdelen van het werk belangrijk zijn, blijven de functies voldoende aantrekkelijkheid.
c) De aandacht voor een zorgvuldig beloningsbeleid in de publieke en semipublieke sector wordt vergroot.

Doel van de consultatie

a) Belanghebbenden en geïnteresseerden informeren over het nieuwe wetsvoorstel.
b) Het bieden van de mogelijkheid om te reageren op het nieuwe wetsvoorstel.

Op welke onderdelen van de regeling wordt een reactie gevraagd

Een reactie is mogelijk op alle delen van het wetsvoorstel en de memorie van toelichting.