Stichten en opheffen openbare scholen en verlenging opheffingstermijn in het primair onderwijs

Het ministerie van OCW verzoekt u te reageren op het voorstel om de stichtings- en opheffingssystematiek in het primair onderwijs op een aantal punten te versoepelen.

Consultatie gegevens

Publicatiedatum 01-12-2011
Einddatum consultatie 01-01-2012
Status Resultaat gepubliceerd
Type consultatie Wet
Organisatie Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Onderwerpen Basisonderwijs

Publicatie reacties

Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn.

Doel van de regeling

Het wetsvoorstel geeft allereerst een aantal extra mogelijkheden voor een verzelfstandigd bestuur voor openbaar onderwijs.

Een verzelfstandigd bestuur voor openbaar onderwijs is een stichting of een openbare rechtspersoon die openbare scholen in stand houdt (in plaats van een gemeente). Deze stichting of openbare rechtspersoon is dus het bevoegd gezag.

Het gaat om de volgende mogelijkheden:
• een verzelfstandigd bestuur voor openbaar onderwijs krijgt - net als burgemeester en wethouders - de mogelijkheid om een openbare school te stichten (dit is al mogelijk in Caribisch Nederland), en
• een verzelfstandigd bestuur voor openbaar onderwijs krijgt ook de mogelijkheid om een eigen openbare school op te heffen. Opheffing is alleen mogelijk als de gemeenteraad (of eilandsraad) - vanuit zijn verantwoordelijkheid voor openbaar onderwijs - de kans heeft gekregen de openbare school over te nemen (om deze zelf in stand te houden).

Daarnaast krijgen ouders (ook in Caribisch Nederland) een initiatiefrecht om een openbare basisschool te laten oprichten.

Tot slot wordt de termijn waarbinnen een basisschool onder de opheffingsnorm mag zitten, verlengd van 3 naar 5 jaar. Dit geldt niet voor Caribisch Nederland, omdat daar één ‘vaste’ opheffingsnorm is, de norm van 23 leerlingen (artikel 122, eerste lid, van de WPO BES). Er is in Caribisch Nederland geen berekeningssystematiek van de opheffingsnormen eens in de 5 jaar. Gelet hierop - en op het feit dat Bonaire, Sint Eustatius of Saba eilanden zijn met een relatief kleine schaalgrootte waardoor de problematiek rondom de demografische ontwikkelingen daar nagenoeg niet speelt - is het verlengen van de opheffingstermijn om op deze ontwikkelingen in te spelen niet aan de orde.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt

Verzelfstandigde besturen van openbare basisscholen, speciale scholen voor openbaar basisonderwijs, openbare scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs, openbare scholen voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, leerlingen, ouders, provincies, gemeenten en openbare lichamen in Caribisch Nederland.

Verwachte effecten van de regeling

Basisscholen: als een basisschool onder de opheffingsnorm komt, is door de verlenging van de termijn - waarin een school onder de opheffingsnorm mag zitten - naar 5 jaar de kans groter dat deze school blijft bestaan, omdat de opheffingsnorm in de tussentijd is aangepast.

Voor verzelfstandigde besturen: zij krijgen de mogelijkheid om een openbare school te stichten en een eigen openbare school op te heffen.

Ouders/leerlingen: ouders worden in positie gebracht door het introduceren van een initiatiefrecht om een openbare school te laten stichten.

Provincies: voor provincies heeft dit wetsvoorstel weinig effecten, omdat de planningsprocedure van openbare scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs en openbare scholen voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs tot een bij wet te bepalen datum niet van toepassing is. Tot die datum beoordeelt de minister eventuele aanvragen.

Gemeenten: het initiatiefrecht van ouders en de mogelijkheid van verzelfstandigde besturen om te stichten en op te heffen, kan ertoe leiden dat gemeenten geconfronteerd worden met extra uitvoeringslasten. Daarom is ook aan de VNG apart het verzoek gedaan het wetsvoorstel te beoordelen.

Openbare lichamen in Caribisch Nederland: de mogelijkheid van verzelfstandigde besturen om een school op te heffen, kan ertoe leiden dat het openbaar lichaam wordt geconfronteerd met extra uitvoeringslasten. Zij moeten namelijk bij een opheffing van een openbare school van een verzelfstandigd bestuur overleg hebben met dat bestuur over eventuele overname. Dit zal niet veel voorkomen.

Doel van de consultatie

Het verzamelen van reacties op de inhoud van het wetsvoorstel en de memorie van toelichting. De reacties op de inhoud van het conceptwetsvoorstel worden betrokken bij de formulering van het definitieve wetsvoorstel. Dit wetsvoorstel wordt medio volgend jaar ingediend bij de Tweede Kamer.

Op welke onderdelen van de regeling wordt een reactie gevraagd

Conceptwetsvoorstel en concept memorie van toelichting.

Meer informatie