beperking recht op omgang na partnerdoding

Het wetsvoorstel stelt voor dat in het geval van (vermoedelijke) partnerdoding de kinderrechter altijd oordeelt of contact/omgang in het belang van het kind is op basis van een verzoekschrift van de raad voor de kinderbescherming. Hierbij is de norm geen contact/omgang, tenzij dit in het belang van het kind is.

Consultatie gegevens

Publicatiedatum 12-11-2014
Einddatum consultatie 07-01-2015
Status Gesloten
Type consultatie Wet
Organisatie Ministerie van Justitie en Veiligheid
Onderwerpen Burgerlijk recht

Publicatie reacties

Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn.

Doel van de regeling

Het recht op contact/omgang van de ouder met zijn kind is een fundamenteel recht. Ook indien de ene ouder de andere ouder heeft gedood, heeft deze ouder recht op contact/omgang met zijn kind. Per jaar vinden gemiddeld 14 partnerdodingen plaats. Het contact/omgang van het kind met de ouder die de andere ouder heeft gedood kan thans plaatsvinden zonder dat de kinderrechter zich hierover heeft uitgesproken. In de praktijk blijkt deze werkwijze onbevredigend te worden bevonden. Nabestaanden hebben aangegeven dat kinderen tegen hun wil hun ouder in de gevangenis “moeten zien”. Tegen deze achtergrond is in het Algemeen Overleg slachtofferbeleid van 28 april 2013 een wetswijziging aangekondigd.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt

Slachtoffers en nabestaanden van partnerdoding en daders van partnerdoding.

Verwachte effecten van de regeling

Het belang van het kind wordt beter gediend met dit wetsvoorstel.

Doel van de consultatie

De consultatie vindt plaats om burgers, bedrijven en organisaties te informeren over de in voorbereiding zijnde regelgeving en hen de gelegenheid te bieden een reactie te geven op het voorstel.

Op welke onderdelen van de regeling wordt een reactie gevraagd

Het gehele wetsvoorstel en de memorie van toelichting.